vrijdag 28 november 2014

Jolig Mormel

Woensdagavond, voordat ik ging zwemmen, zat ik op de plee de krant te lezen. De muziekrecensies. Zaz kreeg vier sterren voor Paris. Bij toeval ontdekte ik niet zolang geleden Paris sera toujours Paris van Maurice Chevalier. Zaz maakt er dit van. Poppy, jazzy, leuk clipje ook. Patricia Petibon kreeg vier sterren voor La Belle Excentrique. Ik ben sowieso een zuiger voor roodharige dames, maar als ze dan nog zo kunnen zingen als Patricia Petibon en van de Parnassus durven afdalen om Jolie mômevan mijn held Léo Ferré te zingen, dan ga ik helemaal voor gaas. Ik denk dat ik eens gek doe en beide albums ga kopen.

Hoofd fier gebogen

Ik nam een paar mapjes door en stuitte op een gedigje dat ik lang, heel lang geleden schreef. Heel opbeurend. Schreef het met het hoofd fier gebogen. Hoofd fier gebogen, coole frase vond ik dat.


Ik werk graag in het voren.
Zo komt het werk sneller af.

Ik zet in de grond de spade
En graaf alvast mijn eigen graf.

woensdag 19 november 2014

Tijgerplakken

De ochtend is grijs en ik maak een wandelingetje. Er heeft een ware rattenslachting plaatsgevonden; ik tel minstens vijf platgereden rattenlijken met uitpuilende ingewanden. “Gelukkig zijn het ratten, geen katten,” zegt mijn moeder als we een poosje later aan de koffie zitten. Ik vertel haar van een droom die ik had. Ik fietste door de Achterstraat naar huis en ter hoogte van de boerderij van voorheen boer B. trof ik stukken tijger aan, plakken tijger, alsof een tijger door een soort van hakselaar te grazen was genomen. In eerste instantie verbaasde ik me er niet over, want ter plaatse trof men wel vaker verhakselde dieren aan, maar een tijger… dacht ik naar huis fietsend, dat is toch niet echt voor de hand liggend te noemen. Na enig wikken en wegen zette ik thuis de computer aan en tikte in de zoekbalk: “Meld misdaad anoniem.”

zaterdag 15 november 2014

In de stad

Op safari in je eigen stad. Door de armoedewijken langs het spoor op richting Binnenhoek. De hemel is leigrijs. Twee oude Turkse dames met een hoofddoek passeren mij en beantwoorden mijn groet. Ik ga de Jumbo in om wat vleesvervangers in te slaan. Als ik weer buiten kom, miezert het. Ik loop naar de overkant van de straat en ga onder de onderdoorgang van het gebouw aan De Twaalf Apostelen een sigaret staan roken en neem het tafereel aan de overkant in mij op. De mensen die van de Jumbo, de Lidl en Mitra vandaan komen met hun boodschappentas. De mensen bij de viskraam. Dan draai ik me om en loop naar de andere kant van de onderdoorgang om de nieuwbouw aan weerszijden van De Twaalf Apostelen te bekijken. Ik kom hier eigenlijk nooit. Als ik mijn sigaret heb opgerookt,druk ik ‘m uit tegen de muur en breng de peuk naar een prullenbak. Via de Groteburgse Grintweg loop ik terug naar de Binnenhoek en van daar naar de winkelstraat om nieuwe batterijen te kopen.